Slagenspel met een hoekje af. Pikoko is een slagenspel waarbij je alleen de kaarten van de andere spelers te zien krijgt. Bovendien moet je spelen met de kaarten van je linker buur.Foto: jancis
Als je Pikoko speelt, neem je geen kaarten op handen. Je steekt ze als pluimen in het gat van de bijgeleverde pauwen. Daarbij moet je ervoor zorgen dat je de eigen handkaarten niet kunt zien. De handkaarten van alle andere spelers zijn wel zichtbaar.
Na het bewonderen van de op die manier prachtig gevormde sierlijke vogels, proberen alle spelers te voorspellen hoeveel slagen iedereen – zichzelf inclusief – zal halen. Dit wordt aan de hand van biedfiches bijgehouden. Daarna legt elke speler 1 vertrouwenskaart gedekt op tafel. Deze kaart geeft aan in welk bod je het meest gelooft.
Daarna worden 8 slagen gespeeld met als meest afwijkende regel dat je speelt met de kaarten van je linker buur. Het spel bevat ook een aantal meerkleurige kaarten die als 1 van de aangegeven kleuren ingezet kan worden.
De spelers scoren op het eind van een ronde 2 punten voor elke juiste voorspelling en 1 punt voor een voorspelling die 1 slag afwijkt. Een correct ingezette vertrouwenskaart is goed voor 3 punten. Je verliest 1 punt als je vertrouwen had in de verkeerde voorspelling. Er worden 3 rondes gespeeld.
Foto: SergiNS
Pikoko ziet er heel kleurrijk en mooi uit en is voorzien van duidelijke spelregels. Ik hou van slagenspellen en had er na het lezen van de spelregels echt zin in. Het huwelijk tussen 7 Seals en Hanabi zag ik wel zitten. Achteraf bleef ik echter wat op mijn honger zitten. Daar zijn twee oorzaken voor.
Ten eerste speelt Pikoko erg traag. De kaarten worden niet op handen genomen, in je beurt trek je een kaart uit de staart van de pauw van je linker buur. Dat de verschillende kleuren daarbij door elkaar zitten, is een nadeel. Ook je hoofd draaien in de richting van die pauw voelt na een tijdje wat loom aan.
Daarbovenop neemt het leggen van biedfiches ook wel wat tijd in beslag.
Het typische gezellige gevoel van ‘kaarten’ mis ik bij Pikoko. Ik denk daarbij aan het organiseren van je handkaarten. Het krachtig op tafel gooien van een kaart als je de slag wint of koopt. Het uitdagen of ‘zeveren’.
Ten tweede haalt het puntensysteem echt ‘kaarten’ wat onderuit. Je ziet het merendeel van de handkaarten en weet ook hoe de spelers geboden hebben. Daardoor is het vaak interessanter om onlogische keuzes te maken. De anderen in het verlies spelen in plaats van zelf resoluut voor winst te gaan. Een strategie waaraan ik persoonlijk een hekel heb.
Bovendien verhogen de vertrouwenskaarten de geluksfactor. Juist gokken is goed voor 3 extra punten, een foute gok staat gelijk aan 1 punt verliezen. Een verschil van 4 punten wat moeilijk aan de hand van biedfiches te compenseren is. De vertrouwenskaarten zorgen er als het ware voor dat het belang van de biedfiches bijna nihil is.
Pikoko is naar mijn mening niet iets wat echte liefhebbers van slagenspellen zal bekoren. Het teveel aan toeters en bellen vermindert de kaartvreugde. Geef mij maar Wizard, 7 Seals, Ugo of Whist.
Als je mij voor een partijtje Pikoko oproept, zal ik niet weigeren. Op eigen initiatief haal ik het echter niet uit de kast.